Tegengaan van pestgedrag

De As-Soeffahschool gaat pesten tegen. Elke vorm van pesten, of het nu tussen kinderen of volwassenen is, wordt door ons als onacceptabel beschouwd. Om de aanpak van pesten effectief te kunnen uitvoeren wanneer zich een incident voordoet, hebben wij een Pestprotocol opgesteld. In dit protocol staat onze visie ten aanzien van pestgedrag en de manier waarop wij omgaan met pestincidenten tussen kinderen. Wanneer het om ouders gaat, verwijzen wij naar de gedragsregels voor ouders. Het Pestprotocol is te vinden op www.as-soeffah.nl.

 

Plagen of pesten?

Plagen is niet hetzelfde als pesten. De verschillen kun je als volgt aangeven:

Plagen

Pesten

Gelijkwaardigheid

Machtsverschil

Wisselend "slachtofferschap"

Hetzelfde slachtoffer

Humoristisch

Kwetsend

Af en toe

Vaak/voortdurend

De definitie van pesten op school luidt als volgt:


"Pesten is het systematisch uitoefenen van psychische en/of fysieke mishandeling door een leerling of een groep leerlingen van één of meer klasgenoten, die niet (meer) in staat zijn zichzelf te verdedigen."


Met deze definitie wordt het verschil tussen plagen en pesten duidelijk gemaakt. Bij plagen is er sprake van incidenten. Pesten daarentegen gebeurt systematisch: het gebeurt meerdere keren per week, één keer per week of regelmatig.


Pesten op school

Pesten komt helaas op iedere school voor, ook bij ons. Het is een probleem dat wij onder ogen zien en dat wij op onze school serieus willen aanpakken.

Voorwaarden

  • Pesten moet als een probleem worden gezien door alle direct betrokken partijen: leerlingen (de gepeste kinderen, de pesters en de zwijgende groep), leerkrachten en de ouders/verzorgers (hierna genoemd: ouders).

  • De school moet proberen pestproblemen te voorkomen. Ongeacht of pesten wel of niet aanwezig is, moet het onderwerp pesten met de kinderen bespreekbaar worden gemaakt, waarna samen regels worden vastgesteld.

  • Als pesten optreedt, moeten leerkrachten (in samenwerking met de ouders) in staat zijn dit te signaleren en duidelijk stelling te nemen.

  • Wanneer pesten, ondanks alle inspanningen, toch weer de kop opsteekt, moet de school beschikken over een directe aanpak.

  • Wanneer het probleem niet op de juiste manier wordt aangepakt of de aanpak niet het gewenste resultaat oplevert, is het inschakelen van een vertrouwenspersoon noodzakelijk. De vertrouwenspersoon kan het probleem onderzoeken, deskundigen raadplegen en het bevoegd gezag adviseren.

Vooraf


Iedere melding van pestgedrag dient serieus genomen te worden en te worden geverifieerd. Op het moment dat een leerling, een ouder of een collega melding maakt van pestgedrag, worden de volgende stappen ondernomen. Deze stappen zijn erop gericht om het pestgedrag zo snel mogelijk te stoppen.


Stap 1

De leerkracht heeft een afzonderlijk gesprek met de leerling die pest (de pester) en de leerling die gepest wordt (de gepeste). Aan de hand van zo concreet mogelijke voorvallen uit het recente verleden wordt een analyse gemaakt en de ernst van de situatie ingeschat. Indien wenselijk kan de leerkracht de intern begeleider op de hoogte stellen. Het team wordt op de hoogte gesteld van het pestgedrag i.v.m. toezicht op het plein e.d.


Stap 2

De leerkracht heeft een gezamenlijk gesprek met de pester en de gepeste. Het probleem wordt duidelijk en helder geformuleerd. In overleg met beide partijen worden concrete afspraken gemaakt om pestgedrag tegen te gaan/te stoppen. Als er meerdere kinderen uit de groep betrokken zijn bij het pestgedrag, zal de leerkracht klassikaal aandacht schenken aan het probleem, waarbij gebruik gemaakt kan worden van beschikbare methoden. Er zal benadrukt worden dat alle kinderen zich veilig moeten voelen op school. Het melden van pesten is geen klikken. Angst om zaken te melden zal moeten worden weggenomen. Natuurlijk wordt er ook met de grote groep kinderen die niet direct betrokken is gesproken. Hun gedrag, en de wijze waarop zij beide betrokken partijen kunnen helpen om het verkeerde gedrag te wijzigen, is onderwerp van gesprek. Binnen één week vindt de eerste evaluatie plaats. De leerkracht zal nauwkeurig observeren.


Stap 3

In geval van ouders die melding hebben gedaan van pestgedrag, wordt teruggekoppeld naar de ouders. Er worden mededelingen gedaan m.b.t. de afspraken. Met de ouders wordt afgesproken dat er na de eerste evaluatie weer contact opgenomen zal worden. Deze stap zal ook worden genomen als de leerkracht de situatie als ‘ernstig’ inschat, zonder dat ouders melding hebben gemaakt.


Stap 4

Gesprek met pester en gepeste (leerkracht kan zelf inschatten wat het beste is: gezamenlijk of afzonderlijk). Is het gelukt om de afspraken na te komen? Zo ja: dan de afspraken handhaven/bijstellen en een volgend gesprek over twee weken. Zo nee: analyse opstellen, waardoor het misgegaan is. De leerkracht overlegt met de anti-pestcoördinator. Er wordt een handelingsplan opgesteld voor de komende twee weken. Het team wordt hiervan op de hoogte gebracht. Dit wordt met de ouders gecommuniceerd.


Stap 5

Na twee weken is er opnieuw een gesprek tussen de leerkracht en de leerlingen. Verslag wordt uitgebracht aan de anti-pestcoördinator. Zijn de effecten positief? Dan langzamerhand afbouwen. Zo niet: nieuw handelingsplan opstellen, waarbij eventueel ook externe deskundigheid ingeschakeld kan worden.


Opmerkingen:

  • Alle concrete acties en afspraken worden door de leerkrachten vastgelegd in het leerlingvolgsysteem Parnassys.
  • Acties en afspraken dienen erop gericht te zijn het pesten onmiddellijk te stoppen en het gedrag te veranderen.
  • Bij aanhoudend pestgedrag kan deskundige hulp worden ingeschakeld, zoals de Schoolbegeleidingsdienst, de schoolarts van de GGD of schoolmaatschappelijk werk. Eventueel kan er besloten worden om stap 6 te ondernemen.


Stap 6

Gesprek met alle ouders uit de groep over het pestprobleem in de groep. Dit met name als er sprake is van een grote zwijgende groep onder de klasgenoten die niet op het pestgedrag reageert of durft te reageren. Dit gesprek wordt geleid door een directielid of intern begeleider. De leerkracht(en) van de groep zijn op deze avond aanwezig. Doel: informatieverstrekking en wat kunnen ouders doen om het gedrag te beïnvloeden? Er zal ook gestimuleerd worden dat ouders onderling contact zoeken. In het uiterste geval kunnen in goed overleg met alle partijen (leerkrachten, team, ouders, intern begeleider en directeur) nog twee stappen gezet worden:


Stap 7

Een leerling (pester of gepeste) wordt tijdelijk in een andere groep geplaatst.


Stap 8

Als de pester toch doorgaat, kan de procedure “straffen” in gang worden gezet. Dit kan uiteindelijk leiden tot verwijdering van de school.


Anti-pestcoördinator

Juf Magda is onze anti-pestcoördinator. Zij zorgt ervoor dat er een schoolbreed pestbeleid is en door iedereen wordt opgetreden bij pestgedrag. De anti-pestcoördinator adviseert, instrueert en begeleidt de leerkracht om bij pestgedrag adequaat op te treden en te zorgen voor een veilig schoolklimaat voor iedereen.


De anti-pestcoördinator heeft de volgende taken:

  • Aanspreekpunt voor personeel in de school
  • Actieve bijdrage leveren aan een veilig schoolklimaat
  • Geven van advies op het gebied van sociale veiligheid
  • Coördineren van het anti-pestbeleid van de school


Adviezen voor ouders

Hieronder staan een aantal adviezen geformuleerd waar ouders gebruik van kunnen maken. De adviezen zijn opgedeeld in de volgende categorieën: ouders van gepeste kinderen, ouders van pesters en alle andere ouders.


1. Ouders van gepeste kinderen

  • Het is belangrijk dat u als ouder blijft communiceren met uw kind. Houd de communicatie open.
  • Als uw kind gepest wordt, is het belangrijk dat u dit met de desbetreffende leerkracht bespreekt.
  • Stimuleer uw kind tot het beoefenen van een sport. Dit kan dienen als een uitlaatklep voor uw kind.
  • Steun uw kind met het idee dat er een eind zal komen aan het pesten.
  • Verken eventuele mogelijkheden voor externe hulp, denk aan een gesprek met de vertrouwenspersoon of een weerbaarheidstraining, etc.


2. Ouders van pesters

  • Neem dit gedrag van uw kind serieus en ga in gesprek.
  • Probeer achter de oorzaak te komen van het pestgedrag. Mogelijke oorzaken kunnen zijn:
    • Een problematische thuissituatie
    • Voortdurend gevoel van anonimiteit (buitengesloten gevoel)
    • Voortdurend de competitie met elkaar willen aangaan
    • Strijd om macht in de klas
  • Probeer uw kind gevoelig te maken voor wat het anderen aandoet en benadruk dat dit gedrag niet door de beugel kan.
  • Stimuleer uw kind tot het beoefenen van een sport.
  • Corrigeer ongewenst gedrag en benoem goed gedrag van uw kind.
  • Maak uw kind duidelijk dat u achter de beslissing van de school staat, de regels gelden thuis ook.


3. Alle andere ouders

  • Neem de ouders van het gepeste kind serieus.
  • Stimuleer uw kind om op een goede manier om te gaan met andere kinderen. Benadruk het belang hiervan.
  • Corrigeer uw kind bij ongewenst gedrag en benoem goed gedrag.
  • Geef zelf het goede voorbeeld.
  • Leer uw kind om op een correcte manier voor andere kinderen op te komen.
  • Leer uw kind om op een correcte manier voor zichzelf op te komen.